Dossier Het stikstofprobleem — 21

Het advies van de Commissie Remkes nader bekeken – NH3

Er zitten een aantal vreemde kanten aan het advies van de commissie Remkes. Dat de stikstofuitstoot omlaag moet, en dan vooral uit de agrarische sector, staat buiten kijf. Maar waar komt die 50% vandaan?

In het 'Hoofdlijn advies' van het rapport van de commissie staat: 'Het Adviescollege kiest daarbij voor gebiedspecifiek maatwerk waarbij een nationale doelstelling geldt van minimaal 50% reductie van binnenlandse NH3-emissies in 2030 (t.o.v. 2019). Het Rijk vertaalt de doelstelling van 50% naar een opgave per provincie. In de ene provincie zal meer nodig zijn dan in de andere. Het is aan de provincies om de opgelegde doelstelling via gebiedspecifiek maatwerk te vertalen naar
doelstellingen voor gebieden, op basis van de actuele stikstofbelasting in het desbetreffende gebied, en de opgave om de depositie van stikstof op de natuur onder de kritische grens te brengen. Dit betekent dat de opgave van 50% reductie van NH3-emissies in gedifferentieerde opgaven per provincie, in de vorm van regionale stikstofemissieplafonds wordt toebedeeld.'

Het is een heel breiwerk, maar er staat: 1. op nationaal niveau een reductie van 50% in de emissies van ammoniak; 2. de nationale overheid maakt een toedeling naar provincies; 3. de provincies maken een toedeling naar gebieden in hun provincies. Het is blijkbaar de bedoelding 'om de depositie van stikstof op de natuur onder de kritische grens te brengen'. Maar waar komt die 50% vandaan? Dat is te lezen in het rapport op pagina 21 e.v. Het gaat om een reductie in de depositie van 500 (mol/ha)/jaar. Dat vereist een reductie in het buitenland, conform Europees beleid, en een reductie van 50% van de Nederlandse stikstofemissie. Laten we ervan uitgaan dat de rekenmethodiek in orde is. Dan is het merkwaardig dat de 'stikstof' niet nader wordt gespecificeerd. Vanuit atmosferisch-chemisch oogpunt zal het namelijk effectiever zijn om de emissie van ammoniak te reduceren dan die van stikstofoxiden. De commissie heeft zich gebaseerd op onderliggend wetenschappelijk onderzoek. Daaruit blijkt echter, zoals de commissie zelf ook zegt, dat niet in alle gebieden de depositie op de natuur onder de kritische grens komt. Dat is met de voorgestelde reductie in 74% van de gebieden het geval.

Maar nogmaals: om welke 'stikstof' gaat het dan? Ook in de onderliggende documentatie wordt dat niet expliciet benoemd. Tussen de regels door zou kunnen worden gelezen dat het om ammoniak gaat. Het kernpunt in de redenering zit mogelijk in de zinsnede in de onderliggende publicatie van De Vries: 'Momenteel kan de bijdrage van bij voorbeeld industrie en verkeer aan NOx-emissies worden gecompenseerd via maatregelen waarmee NH3-emissies in de landbouw worden verlaagd. Er zijn echter wetenschappelijke redenen om dat niet te doen. Zoals eerder aangegeven is NH3 schadelijker voor natuur terwijl NOx schadelijker is voor de gezondheid. Verder kan extern salderen tussen sectoren door verschillen in koopkracht tussen de sectoren tot ongewenste effecten leiden. Door aparte NH3- en NOx-plafonds op te stellen en daarbinnen gelijke reductiepercentages af te spreken die niet onderling verhandelbaar geef je iedere sector zijn eigen emissie-opgave.' Welke die 'wetenschappelijke redenen' is niet duidelijk. Bovendien komt er nu ook opeens een gezondheidseffect uit de hoge hoed. Nee, dit verdient niet de schoonheidsprijs. Het oogt ook niet als een stabiel bouwwwerk.

 

Logo LUVO